Voordelen van castratie bij katten
Het castreren van een kat heeft verschillende voordelen. Natuurlijk wordt het dier er onvruchtbaar door en kan het dier dus niet meer voor nageslacht zorgen. Maar er zijn meer voordelen, voornamelijk op het gebied van gedrag. En dat is natuurlijk voor de katteneigenaar erg prettig! In dit artikel aandacht voor de voordelen van het castreren van je kat.
Langere levensverwachting
Een gecastreerde kat wordt ouder, gemiddeld wel twee keer zo oud als een kat die niet gecastreerd is. De gemiddelde levensverwachting van een gecastreerde kat ligt op zo’n 15 tot 18 jaar, in tegenstelling tot een jaar of 7 tot 10 jaar bij katten die de ingreep niet hebben ondergaan. Voor deze flinke toename van de levensverwachting zijn verschillende redenen aan te wijzen.
Veiliger leven
Het gredrag en karakter van gecastreerde katten verandert in veel gevallen. Meestal worden de dieren minder avontuurlijk en uitbundig en gaan minder vaak op pad. Hierdoor brengen ze zichzelf minder in gevaar en is de kans kleiner dat ze een ongeluk krijgen en verwondingen oplopen.
Dominantie neemt af
Bij castratie worden de hormoon-producerende organen verwijderd. Hierdoor verdwijnt dit hormoon na verloop van tijd uit het lichaam van het dier. Dit heeft effect op het karakter: het dier wordt minder dominant en de vechtlust neemt af. De kans dat het dier in een gevecht verzeilt raakt en verwongingen oploopt is daardoor veel kleiner.
Territorium afbakenen door sproeien
Wanneer je een kat hebt die sproeit, zul je de ongemakken vast herkennen. De sterk ruikende urine van katers is geen pretje! Dit territorium afbakenen door middel van urine heet sproeien. Zo weten andere katten dat ze hier niet hoeven te komen. Castratie biedt oplossing voor dit gedrag.
Doordat het dier na castratie minder dominant wordt, neemt de drift om territorium te verdedigen ook sterk af. Meestal zal het dier na de ingreep stoppen met sproeien en gaat de urine bovendien minder sterk ruiken.
Kleinere kans op bepaalde ziektes
Een kater die gecastreerd is heeft minder behoefte achter krolse katten aan te gaan. De kat loopt dus veel minder snel weg. Daarnaast is de kans op (seksueel) overdraagbare ziektes ook aanzienlijk kleiner. Ziektes als kattenaids (FIV) en kattenleukemie (FeLV) komen veel minder voor bij gecastreerde katers.